Lees HIER het interview in de Volkskrant
‘Je moet niet denken dat je naar de opera The Fairy Queen gaat’, zegt artistiek leider Niek Idelenburg. ‘Het zijn flarden van scènes waarin alles even wordt aangeraakt. Net zoals in dromen dus, waar de logica van de werkelijkheid even niet geldt'
Vandaar ook de titel Midsummer Nightmare. Hoe is de droom dan veranderd in een nachtmerrie? 'We wilden een ‘twist’ geven aan dit bekende stuk,’ zegt Idelenburg. ‘De muziek van Purcell is heel zoet en we wilden daar een tegenkleur aan geven. Jesse Passenier, die de muziek heeft gearrangeerd, heeft dat ook echt heel goed gedaan. ‘Hij gebruikt, bijvoorbeeld, spannende instrumentatie in de scène tussen Oberon en Titania (gezongen door Donij van Doorn) die zich afspeelt in het fort, in het pikkedonker. Het is echt een ‘nightmare’-moment. De deuren aan beide einden van de gang gaan dicht en je zit opgesloten in het fort. Je hoort alleen maar de muziek om je heen. Waar komt die vandaan?’
Lees HIER het hele interview in Trouw
'Regisseur Joke Hoolboom baseerde Midsummer Nightmare losjes op Shakespeare’s komedie A Midsummer Night’s Dream (1600). “De hele opera gaat over communicatie, en dan vooral over het gebrek eraan”, zegt ze. “Elkaar niet verstaan, niet naar elkaar luisteren, verbinding die niet tot stand komt. Het is een metafoor voor wat er in de wereld gebeurt..”
De nachtmerrie uit de titel slaat vooral op het lot van elfenkoningin Titania, die de hoofdrol speelt. Zij wil zich ontfermen over het kleine kind in haar armen dat door een stervende aan haar is toevertrouwd. Maar haar man Oberon, verteerd door jaloezie, neemt het kind bruut van haar af. Een smeekbede van Titania mag niet baten.
lees HIER de hele recensie in Theaterkrant:
'Vanaf de tribune onder de grote lindeboom kijkt het publiek naar een fascinerend schouwspel: in de verte, achter het podium, schrijdt een groep musici in zwarte gewaden plechtig door het lange wuivende gras. Voorop een man met een grote trom, daarachter de blazers. Het is een bijna mythisch beeld, wat nog versterkt wordt als de musici dichterbij komen: allemaal hebben ze puntige elfenoortjes.
Natuurlijk zijn er een heleboel elfen in deze nachtmerrie, tot leven gebracht door een sierlijke groep zangeressen en de uitmuntende musici van het Jong Nederlands Blazers Ensemble. Samen brengen ze de muziek van Purcell en Passenier tot leven. In tegenstelling tot de andere hoofdrollen wordt Oberon niet door een zanger vertolkt, maar door Sinan Arat op de ney, een rietfluit. Gekleed als een soort djinn uit een sprookjesboek is hij imposant en zelfs betoverend wanneer hij Titania (sopraan Donij van Doorn) overmeestert en haar kind van haar afpakt.
Het oude Utrechtse Fort Rhijnauwen vormt een prachtig decor voor de zogeheten ‘wandelopera’ Midsummer Nightmare van Holland Opera. Een losse bewerking van Shakespeares Midsummernightsdream en Purcells The Fairy Queen, doordrenkt met moderne composities en bewerkingen van Jesse Passenier, componist en arrangeur.'